Leen en Gert gaan volop voor witblauw
Leen en Gert gaan volop voor witblauw
In een unieke landschap waar de laatste Antwerpse polders en de haven elkaar ontmoeten ligt het vleesveebedrijf van Gert en Leen. Ze namen het over van Gerts ouders, stootten de melkveetak af en bouwden ondertussen een mooie lijn op van eigen runderen van het Belgisch witblauw ras. “Ik blijf er bij”, zegt Gert, “door de lokale productie van de voeders, de lokale verkoop van het vlees en een hoog rendement aan vlees is de ecologische voetafdruk van dit ras enorm efficiënt.” De huidige veestapel op het bedrijf is het resultaat van jarenlange selectie en opvolging. Daarnaast telen Gert en Leen nog aardappelen en sinds een aantal jaren bonen. “Vijf jaar geleden hebben we geïnvesteerd in een haspel en het boren van putten om te kunnen beregenen. Dat blijkt nu een juiste investering te zijn.”
Verhuizen naar Wallonië
Toch heeft het niet veel gescheeld of Leen en Gert waren naar Wallonië getrokken. Die plannen lagen concreet op tafel, maar uiteindelijk kwam het op het einde van de onderhandelingen toch niet tot een akkoord. Het zijn uiteindelijk nieuwe stallen en een hoevewinkel in Stabroek geworden. “Ik werkte halftijds in het onderwijs maar droomde er al lang van om met een hoeveslagerij te starten.” Een zwangere Leen begon aan de opleiding tot slager en in 2011 ging de hoeveslagerij open. “Dat was toen wel een serieuze stap in het onbekende. Op dat moment waren nog niet veel collega’s ons voorgegaan met zo’n project en als we het hier in onze omgeving onze plannen bekendmaakten, reageerden ze veelal verontwaardigd: ‘Wat gaan jullie doen?’ Het was ook wel een gewaagde stap. Ik gaf mijn job in het onderwijs op, er moest gebouwd worden, een winkel moest worden ingericht ... We hadden natuurlijk wel een prognose gemaakt en een degelijk businessplan opgesteld over onze daginkomsten, maar helemaal zeker ben je toch niet.” Maar tot op vandaag heeft Leen nog geen dag spijt gehad van die keuze. Het klantenbestand is door de jaren mooi gegroeid en eigenlijk overtrof het van bij de start al hun verwachtingen. “De hoevewinkel geeft een stabiel inkomen. Nu zijn de vleesveeprijzen goed maar de voorbije jaren was het heel wat minder.”
Bewuster omgaan met voeding
De coronalockdown was een heel hectische tijd voor Gert en Leen. "Zeker die eerste weken werden ook wij leeg gehamsterd, maar dat is gelukkig nadien gestabiliseerd. Maar ik heb wel gemerkt dat de Vlaming duidelijk meer geld wilde spenderen aan goed eten. De etentjes op restaurant vielen weg en iedereen ging ineens bewuster met voeding om. Ik kreeg van veel mensen ook te horen dat we moesten uitbreiden met bereide maaltijden en zo. Maar daarin veranderen we niet. De focus ligt op ons rund- en kalfsvlees. Dat is onze specialiteit. Onze koeien lopen tot bijna aan de winkel, ik kan mijn klanten daarover ook uitleg geven en het verhaal vertellen en geloof me: je eigen product verkopen is plezant.” Leen is verantwoordelijk voor de winkel. “En Gert voor al de rest”, glimlacht ze. Gert is ook altijd blijven geloven in de sterkte van het witblauw ras. “Een jaar geleden heb ik het wel eens onderzocht om ook met een ander ras te kweken, maar ik ken het witblauw ras door en door en zie eigenlijk alleen maar sterktes. Nu onderzoek ik liever de mogelijkheden van voedergewassen die minder droogtegevoelig zijn.”
Verhaal vertellen
Drie jaar geleden namen Gert en Leen deel aan Dag van de Landbouw. Daar kijken ze nog steeds met veel voldoening op terug. “We weten hoe belangrijk het is om aan de Vlaming te tonen hoe het er op een landbouwbedrijf aan toe gaat. Die reageert soms raar of stelt vreemde vragen over onze sector, niet door slechte wil maar uit onwetendheid. Daarom ook dat ik zaterdag graag eens langs ga bij pop-upwinkel Deli in Antwerpen. Je kan er meteen in gesprek gaan met mensen uit het stad. Je verhaal doen en over je eigen product vertellen. Het merendeel van het cliënteel van onze hoeveslagerij reken ik al tot de groep van bewuste consumenten. Zij kiezen voor hoevevlees omdat ze het verhaal achter een stuk vlees willen kennen en daar de extra verplaatsing voor over hebben. Sommige mensen verwachten dat het bij de boer nog goedkoper is, omdat ze rechtstreeks kopen bij de producent, maar dat leg ik dan heel eenvoudig uit. De plantaardige en dierlijke productie op ons bedrijf zijn gecertificeerd en gecontroleerd, van het zaad voor het voeder tot het vlees van de dieren, ook dat heeft zijn prijs.”
Bron: Boer&Tuinder